Hardleerse boteninbreker heeft vertrouwen in God

di 11 mei 2021, 17.10 uur

LEEUWARDEN - In augustus 2019 legde de rechtbank aan een inbreker uit Drachten (27) een ongebruikelijk lange voorwaardelijke gevangenisstraf op van 650 dagen, bijna twee jaar. Een hele dikke stok achter de deur en overduidelijk een laatste kans voor de aan speed verslaafde Drachtster. Een paar maanden later ging hij alweer in de fout.

In 30 boten ingebroken

De verdachte had zich 'gespecialiseerd’ in het inbreken in boten. In 2018 en 2019 had hij zich toegang verschaft tot een kleine 30 boten, in zo’n beetje alle bekende Friese watersportplaatsen. Nadat hij in oktober 2018 was opgepakt voor een aantal inbraken, ging hij, na drie dagen vastgezeten te hebben, na een paar maanden op de oude voet verder, tot hij weer werd aangehouden.

'Een man die met zichzelf worstelt'

De reclassering typeerde de verdachte destijds als 'een man die met zichzelf worstelt’. Hij had de nodige problemen, zowel psychisch als privé. De Drachtster pleegde de inbraken om zijn speedverslaving te bekostigen. Na de vorige rechtszaak ging het in mei vorig jaar opnieuw mis: in Jirnsum brak hij een aantal boten open, op zoek naar geld en spullen. In augustus en oktober sloeg hij toe in Terherne en Earnewâld.

Na één jointje ging het mis

Hij had zelf nagedacht over wat zijn motieven zijn geweest. "Ik voelde me verloren, ik was angstig", zei de Drachtster. Omdat zijn vader zijn financiën beheerde, moest hij op zoek naar andere wegen om aan geld te komen voor drugs te komen. Eerder al, met oud en nieuw was het misgegaan, hij had één jointje opgestoken. Daarna liep het heel snel uit de hand en ging hij weer speed gebruiken.

'Vertrouwen in God'

Sinds november is hij van de drugs af, maar hij is er nog wel mee bezig. "In mijn hoofd is het nog wel steeds een ding", aldus de verdachte. Hij is nog bezig met de werkstraf van 240 uur die hij in 2019 kreeg, hij moet nog 31 uren werken. Hij put nu vertrouwen uit het geloof. "Ik heb vertrouwen in God, die weg wil ik bewandelen. Dat geeft positieve energie en helderheid".

Niet opnieuw een werkstraf

De officier van justitie vond dat het niet meer uit te leggen viel als ze opnieuw een werkstraf zou eisen. Voor de nieuwe feiten eiste ze 12 maanden cel. "Ik zie geen andere mogelijkheid dan verdachte een tijdje van de straat te houden". In het geval van de oude voorwaardelijke straf zag de officier zich voor "een duivels dilemma" geplaatst.

De hand over het hart

Ze besloot toch nog een allerlaatste keer met de hand over het hart te strijken en de rechtbank te vragen de proeftijd van de 620 dagen – de Drachtster heeft 30 dagen vastgezeten – met een jaar te verlengen. Verder zou de Drachtster, die al een enkelband draagt, een behandeling moeten ondergaan en hij zou op vaste tijden thuis moeten zijn. Een soortgelijke voorwaarde was ook al aan het vorige vonnis verbonden.
De rechtbank doet op 25 mei uitspraak.