Zuipketen Opende en Drogeham waren snuifketen

vr 14 juni 2013, 19.15 uur

LEEUWARDEN - In jeugdketen in Opende en Drogeham werd geen bier gedronken, maar harddrugs gebruikt. Het waren geen zuipketen, maar snuifketen. De jeugd gebruikte bij voorkeur speed, xtc, ghb en cocaïne. De drugs werden gedeeld en uitgedeeld, zoals in andere jeugdhonken flesjes bier over de bar gaan. Dat was tenminste het beeld dat vrijdag geschetst werd in de rechtszaken tegen vijf verdachten die eind vorig jaar in Noordoost-Friesland drugs gedeald en gebruikt zouden hebben. Het vijftal werd begin maart opgepakt, nadat er bij de gemeente Achtkarspelen alarmerende signalen binnenkwamen over drugshandel en drugsgebruik onder jongeren.

Het onderzoek begon bij een 20-jarige inwoner van Augustinusga en breidde zich steeds verder uit. De man zou speed, xtc en ghb hebben gedeald. Nadat hij in augustus vorig jaar betrokken was bij een ongeval en zijn rijbewijs was kwijtgeraakt, werd de verdachte rondgereden door een 20-jarige vriend uit Kootstertille. De twee leverden drugs af in Houtigehage, Surhuisterveen, Opende, Drogeham en Drachten. De man uit Augustinusga speelde met vuur: op 22 januari van dit jaar werd hij door de Leeuwarder rechtbank veroordeeld tot onder andere een voorwaardelijke celstraf van 163 dagen. De verdachte zei dat hij na de rechtszaak in januari was gestopt met dealen, er zijn echter getuigen die hebben verklaard dat hij gewoon was doorgegaan tot hij begin maart werd opgepakt.

De officier van justitie wil dat de man de voorwaardelijke celstraf alsnog uitzit. Verder eiste de officier zes maanden cel, plus zes maanden voorwaardelijk. In het half jaar voorwaardelijk zou de verdachte een enkelbandje moeten krijgen. Voor de chauffeur werd een werkstraf van 160 uur geëist, plus 80 uur voorwaardelijk. Een 19-jarige inwoner van Kootstertille heeft al drie veroordelingen achter zijn naam staan. Eind april vorig jaar kreeg hij een werkstraf en zes maanden cel voorwaardelijk omdat hij drugs had verkocht, onder andere aan jonge kinderen. De officier eiste negen maanden cel plus een maand voorwaardelijk en het omzetten van de zes maanden voorwaardelijk in een definitieve celstraf.

Net als de andere verdachten beweerde de Tilster dat er eigenlijk nauwelijks drugs aan derden werden verkocht. In plaats van dealen was het meer een kwestie van delen. Een 23-jarige ex-inwoner van Ee zou de drugs vooral verhandeld hebben in zijn woonplaats en in Metslawier. Voor hem en een 23-jarige dorpsgenoot eiste de officier de maximale werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden. Ook deze twee verdachten zeiden dat het gebruik zich beperkte tot de vriendengroep en dat de drugs vaak over en weer werden weggegeven. De rechtbank doet op 28 juni uitspraak.