Klap met balk is poging tot moord

vr 18 februari 2011, 17.47 uur

LEEUWARDEN - De officier van justitie vindt dat een 42-jarige inwoner van Eastermar zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot moord, toen hij op 12 november vorig jaar een 37-jarige dorpsgenoot met een balk op het hoofd sloeg. Vrijdag eiste de officier bij de Leeuwarder rechtbank een celstraf van anderhalf jaar, plus een jaar voorwaardelijk.

De officier vindt dat de Eastermarder tijd genoeg heeft gehad om na te denken, voor hij zijn dorpsgenoot met de 60 centimeter lange balk op het hoofd sloeg. In dat geval is er sprake van voorbedachte rade en dus een poging tot moord. De Eastermarder zei dat hij de balk bij zich had om zijn woorden kracht bij te zetten. Hij had vooraf niet de intentie om de andere man te mishandelen.

Hij was wel op zijn hoede. De ander is een kop groter en de verdachte had gehoord dat de man 'connecties' had. De Eastermarder kreeg nog geld van zijn dorpsgenoot, ongeveer 2400 euro, voor een verbouwing die hij in 2009 had uitgevoerd. Het slachtoffer had de helft betaald toen hij failliet ging. Volgens de verdachte lag er desondanks de afspraak dat de verbouwing betaald zou worden. Maar het geld kwam maar niet.

Volgens de verdachte ging de man ondanks het faillissement gewoon door met handelen. Hij gaf rondjes in de kroeg terwijl de Eastermarder nog steeds op zijn geld wachtte. Op vrijdagavond 12 november stapte de verdachte op zijn fiets voor zijn wekelijkse biljartavondje. De balk deed hij in de fietstas. Bij de woning van het slachtoffer, een chalet, voelde hij aan de voordeur.

De bewoner keek even om de hoek van de deur en ging weer naar binnen. Toen de Eastermarder vervolgens een fiets omgooide, stapte het slachtoffer naar buiten. Hij voelde een duw in zijn rug en viel op de grond. Het volgende moment zag hij de verdachte staan, die hem met het stuk hout op het hoofd sloeg. De man werd met een schedelbasisfractuur afgevoerd naar ziekenhuis Nij Smellinghe in Drachten, waar hij 12 dagen moest blijven.

De Eastermarder zei dat hij het slachtoffer eenmaal heeft geslagen. Hij veronderstelde dat hij uit angst had uitgehaald. 'Het was niet de bedoeling', zei de man. De advocate stelde dat hij 'in een opwelling' heeft geslagen. Als de verdachte nog langer blijft vastzitten dan is het volgens de raadsvrouw vrijwel zeker dat ook hij te maken krijgt met een faillissement. De man was nog nooit met justitie in aanraking geweest. Hij heeft inmiddels een gesprek gehad met het slachtoffer. Uitspraak: 4 maart.